SNPI Blog

Good governance en interne aandeelhouders

Door Jeanne Hoogers | donderdag 30 mei 2013

Is er een relatie tussen werknemersaandeelhouderschap en  good governance? Daniëlle Melis, specialist op het gebied van corporate governance,  ging in op de rol van aandeelhouders in corporate governance tijdens een bijeenkomst van het SNPI-platform.

Door Jeanne Hoogers

Daniëlle Melis is bezig met promotieonderzoek over de rol van aandeelhouders in corporate governance. Zij is verbonden aan het Corporate Governance Institute van Business Universiteit Nyenrode en was nauw betrokken bij de onderzoeken die Nyenrode uitvoerde in opdracht van de Monitoring Commissie Corporate Governance Code over aandeelhoudersbetrokkenheid in Nederland.  

Je kunt op verschillende manieren kijken naar good governance, bijvoorbeeld vanuit regels en verplichtingen.  Dan vergeten we vaak – houdt Melis ons voor - dat je met regels alleen een minimum kunt borgen. Een tweede manier om hiernaar te kijken is via de structuur. Is in de structuur van de corporate governance verankerd dat je binnenshuis op een goede manier besluiten neemt en dat er toezicht  is van buiten? Heb je geregeld dat je regelmatig bijgestuurd wordt door inzichten van buiten, krijg je kritische vragen en laat je je uitdagen om een andere bril op te zetten?  En dat geeft al de derde manier van kijken naar good governance aan. Als er al een structuur is, is er dan ook de wil en het gedrag om de structuur te laten werken?  

Als we willen inzoomen op de rol van aandeelhouders in good governance, gaat het volgens Melis allereerst om de vraag of er een goede balans is tussen de drie pijlers van corporate governance: de besluitvorming van de raad van bestuur, het toezicht hierop door de raad van commissarissen en de verantwoording die over het gevoerde beleid wordt afgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Waar aandeelhouders in beginsel hun eigen belang mogen nastreven wordt de raad van commissarissen geacht de belangen van alle betrokkenen in ogenschouw te nemen. 

Bij beursgenoteerde ondernemingen met een wijdverspreid aandelenbezit worden de aandeelhouders veelal gezien als externe partij. Zij kunnen van buitenaf kritische vragen stellen en bijsturen.  Het komt soms voor dat aandeelhouders zich te veel laten leiden door het eigenbelang en belangrijke rechten van aandeelhouders misbruiken.  Maar aandeelhouders kunnen ook heel anders met de gegeven structuur omgaan.  We kennen de voorbeelden van milieugroepen die via aandeelhouderschap een stem krijgen in belangrijke thema’s die van belang zijn voor de continuiteit van de onderneming.  De Europese Commissie hecht groot belang aan de rol van aandeelhouders.  Onder het motto Stewardship benoemde Michel Barnier  een paar jaar terug dat aandeelhouders zich meer zouden moeten gedragen als eigenaren.

Als werknemers aandeelhouder zijn,  is de aandeelhouder niet langer een buitenstaander, een derde partij,  maar een partij binnen de onderneming.  Als we dan kijken naar de situatie dat medewerkers bedrijfsbreed aandeelhouder zijn,  hebben we dan voorwaarden voor  good governance gecreëerd? Nee, niet noodzakelijkerwijs, vindt Danielle Melis.  Misschien heb je hierdoor gerealiseerd dat je aandeelhouders een incentive hebben voor het nastreven van een duurzame onderneming,  voor  de langetermijnbelangen. Maar ook deze aandeelhouder kan zijn/haar eigen belang willen dienen, hetgeen niet noodzakelijkerwijs het belang van de onderneming is. De rol van de aandeelhouders in corporate governance vergt allereerst een heel heldere kijk op de aandeelhouder. Wie is mijn aandeelhouder? Welk belang dient hij/zij? En welke verantwoordelijkheid kan deze aandeelhouder nemen in het handhaven van good governance? Of werknemers als aandeelhouders deze bijdrage zouden kunnen leveren is een debat dat de komende jaren een levendig vervolg zal krijgen, verwacht Melis.

 

Topics: financiële participatie, medewerkeraandeelhouders

Ja, ik blijf graag op de hoogte van nieuwe blogs

Recente blogs