Stichting Nederlands Participatie Instituut (SNPI) bestaat dit jaar 25 jaar! Deze zomer blikken wij terug op 25 jaar medewerkersparticipatie in Nederland. Welke vormen van medewerkersparticipatie zagen we de afgelopen jaren voorbij komen en welke vormen zijn op dit moment het meest populair?
Medewerkersparticipatie kent twee typen participaties, namelijk de beloningsvormen en de eigenaarsvormen.
De beloningsvormen zijn:
1. Winstdeling
2. Aandelenopties
3. Winstbewijzen
De eigenaarsvormen zijn:
1. Certificaten van aandelen
2. Aandelen
3. Stemrechtloze aandelen
Aandelenopties waren in de jaren 80 populair. In Amerika zien we opties nog steeds vaak voorkomen bij bedrijven. Maar in Nederland is dit type regeling sinds 2005 niet meer in zwang. Een verandering in de wetgeving in dat jaar heeft ervoor gezorgd dat opties in Nederland zeker niet fiscaal gunstig zijn. Dat maakt de animo een stuk minder groot.
Je zou denken dat wij dit bij SNPI jammer vinden, maar dat is niet zo. Onderzoek heeft namelijk aangetoond dat de effecten van opties nihil en vaak zelf negatief zijn op de bedrijfsresultaten van de organisatie, zelfs als de regeling bedrijfsbreed wordt toegepast. Opties blijken helemaal geen positieve effecten te hebben.
Zo anders is dat bij echte aandelen en winstdeling, mits bedrijfsbreed toegepast. Veel bedrijven passen regelingen toe, maar maken dit exclusief voor de top en daar gaat het vaak mis. Uit verschillende onderzoeken uit binnen- en buitenland blijkt namelijk dat participatieregelingen die beperkt zijn tot de top, geen positieve effecten hebben voor een onderneming!
SNPI is een groot voorstander van de combinatie winstdeling en eigenaarschap middels certificaten van aandelen of echte aandelen. Uit onderzoeken blijkt dat deze combinatie van winstdeling met eigenaarschap (aandelen of certificaten van aandelen) de meeste effecten oplevert in een organisatie. Zowel voor wat betreft motivatie, het ontvangen van een bonus en het mede-eigenaar voelen, en de productiviteit van de onderneming. Zie ook het artikel van Poutsma en Kaarsemaker. Een winstdeling kijkt terug - beloont geleverde prestaties - en een aandelenregeling kijkt vooruit - stimuleert positief bijdragen - en creëert continuïteit.
Een ander vaker gekozen alternatief zijn winstbewijzen. Dit is een vorm van belonen, verpakt in een online-product en benoemd als aandelen, maar het zijn feitelijk geen aandelen. Winstbewijzen zijn contracten waarin de medewerker het recht op een deel van de winst koopt. Er zijn weinig rechten aan verbonden en zeker niet de rechten van een aandeelhouder. Invoeren is inderdaad gemakkelijk en kan zonder tussenkomst van een notaris of waardeerder. Winstbewijzen zijn dus een vrij ingewikkelde vorm van winstdeling. Als we kijken naar het mogelijke effect voor de onderneming dan is per saldo de toegevoegde waarde gering. Het is een vorm die gericht is op het verleden en ingewikkeld is voor medewerkers. Zij worden op geen enkele manier feitelijk aandeelhouders, dus het is ook geen oplossing voor ondernemers en partners die in de toekomst de onderneming willen overdragen en de aandelen aan het personeel willen verkopen. Er wordt op helemaal niet voorgesorteerd op medewerkersaandeelhouders die de aandelen kunnen overnemen.
Als je naar deze nieuwe vormen van financiële participatie kijkt, hebben zij niet dezelfde eigenschappen als echte aandelen en certificaten van aandelen met een mate van zeggenschap.
De ogenschijnlijke complexiteit van een aandelenplan schrikt mensen af, maar juist het goed moeten nadenken over een regeling en aansluitend goed inbedden in het HR-beleid en de organisatie, maakt aandeelhouderschap via aandelen of certificaten van aandelen juist een model met de meeste effecten.
Hoe meer tijd en energie je in een participatieregeling stopt, hoe groter de effecten zullen zijn op de werkvloer. Medewerkers weten namelijk heel snel het verschil tussen echt eigenaarschap met inspraak en invloed en schijn-eigenaarschap, waarbij zij, als puntje bij paaltje komt, niets te zeggen hebben en waar de ondernemer alleen de lusten wil en niet de lasten.