Wat is een goede participatieregeling? Een plan dat de doelen realiseert? Maximale opbrengst voor het bedrijf en de deelnemers? Geen risico’s voor werknemers? Een plan dat voldoet aan regels voor goed beleggen of participeren? De vraag wat is een goede regeling is, komt heel vaak op tafel bij SNPI. Tijd voor nieuwe antwoorden.
In 2010 bracht SNPI het Nederlands Model naar buiten. Daarin brachten we negen richtlijnen bij elkaar die we hadden verzameld en tegen elkaar afgewogen met hulp van een groep experts en betrokkenen. De bedoeling van de richtlijnen in het Nederlands Model was om een antwoord te geven op de vraag: wat is een goede participatieregeling?
Nederlands model is geen code
We wilden niet echt een code maken. Dat is een geheel aan afspraken en regels waar je je aan zou moeten verbinden om een goedkeuring te verkrijgen en een bedrijf te worden met een erkende participatieregeling. Wat ons betreft ligt het oordeel over hoe goed de regeling is helemaal in handen van de ondernemer/bestaande aandeelhouders en de medewerkers van het bedrijf. Zolang een participatieregeling vrijwillig is, stemmen werknemers door deel te nemen – of dat niet (meer) te doen. En eigenlijk heb je dan al twee ‘regels’: deelname is vrijwillig en medewerkers die dat willen moeten uit kunnen stappen. En in feite zit hier ook al een derde regel in besloten. Een ondernemer die geen doelen formuleert, kan moeilijk beoordelen of het plan werkt.
Richtlijnen voor succes
We wilden in 2010 liever een model maken, richtlijnen meegeven die zouden helpen bij het ontwerpen van een regeling die werkt. Een plan dat duurzaam succesvol zou kunnen zijn. Meegeven wat wel werkt – en wat kun je beter vermijden. Dus we keken in 2010 ook naar de succesvolle bestaande regelingen, die dus al duurzaam waren gebleken en langere tijd naar tevredenheid van alle betrokken functioneren. De vraag is of je daarmee bedrijven die nu een regeling ontwerpen echt de goede tips meegeeft.
Crisis, crises en nieuwe ontwikkelingen
In 2010 zag de ondernemerswereld er heel anders uit dan nu. De economische crisis ging dieper dan we voor mogelijk hadden gehouden, de war on talents ging on hold ( en barst nu weer los). We vonden het steeds vanzelfsprekender om te leven in een wereld waarin we steeds meer met elkaar delen, de oude sociale antwoorden liepen vast en we gingen zoeken naar nieuwe oplossingen voor sociale vraagstukken waar we als ondernemingen voor staan. Maar ook medewerkers zijn veranderd. We willen allemaal de balans bewaken over de waarde(n) die werk ons oplevert en mag kosten, de regie houden en bepalen wat we inzetten en hoe we ons kunnen ontwikkelen.
Nieuw Nederlands Model
Ook SNPI is veranderd. We zijn nog meer de adviseur geworden, die we wilden zijn. Het doel blijft hetzelfde: financiële participatie stimuleren. En dat doen we door kennis te delen, te leren van elkaar, bedrijven een podium te geven om te laten zien wat zij hebben bedacht en waarom dat goed werkt. We denken dat het tijd is om het Nederlands Model te gaan vernieuwen. Net zoals zelfsturende organisaties dat doen, willen wij teruggaan naar een kleine set basisafspraken en daar omheen vooral veel delen uit de praktijk van bedrijven die participatieplannen hebben bedacht en toepassen. En ja, we hebben veel van elkaar geleerd de afgelopen zeven jaar, omdat er veel gebeurd is. We kennen voorbeelden waarin het echt fout is gegaan en hele mooie nieuwe voorbeelden. En uit al die ervaringen proberen we nu de echte richtlijnen voor succes te gaan destilleren.
Wilt u nu toch wel weer even weten hoe het bestaande Nederlands Model eruit ziet?